De laatste zondag van januari. Je weet wel, die zondag dat je, na twee weken vorst en sneeuw, ‘s ochtends wakker werd en het opeens regende. Ondanks de wind en de regen besloten we ‘s middags te gaan wandelen in het grootste natuurgebied aan de Nederlandse kust. Dus, poncho aan, rugzak met water en fruit mee… en gaan!
Het heerlijke van dit natuurgebied is dat het zo enorm groot is, dat je in 3 uur wandelen, soms maar één keer iemand anders tegenkomt. Daarnaast mag je in vrijwel het hele gebied van de paden af, dat helpt ook. Verder kom je hier elke keer weer, gegarandeerd tientallen herten en/of reeën tegen, het blijft me verbazen. Sommige blijven op minder dan 10 meter afstand, gewoon staan.
Ploegend door de smeltende sneeuw, liepen we eerst een stuk over een pad, naast elkaar. Kletsend, lekker om ons heen kijkend en genietend van de natuur. Na een tijdje besloten we van het pad af te gaan en ons eigen pad te creëren. Hij liep voorop, ik volgde. Prima, zo hoef ik minder te letten op waar ik heen ga en kan ik me focussen op al het andere om me heen.
Als we even naast elkaar over een pad hebben gelopen en opnieuw off-road gaan, staat hij opeens stil. Ik stop en draai me om, misschien heeft hij weer een dier gezien? Maar nee, hij zegt dat ik de leiding mag nemen. Even kijk ik hem verbaasd aan, zet ik twee passen en draai me twijfelend weer om. Een korte blikkenwisseling is genoeg, ik ga voorop. We spreken af om in stilte te lopen, om zo onze zintuigen het werk te laten doen en de dingen die we zien niet te over-analyseren of proberen onder woorden te brengen en op deze manier een naampje geven, die de lading vaak toch niet helemaal dekt.
Ik loop…. en geniet. Ik laat mijn gevoel de weg bepalen en opeens komt alles zoveel beter binnen. Ik ben me bewust van de stilte, de wind die ik af en toe hoor waaien, de zee die ik in de verte kan horen en verder alleen mijn voetstappen in de sneeuw. Opeens komt er in me op dat wandelen eigenlijk een eenvoudige versie van leven is. Je wordt een tijdje door iemand aan de hand meegenomen, je doet wat dingen samen. Het is goed om te leren volgen, om zo van anderen te leren. Maar daarna is het ook tijd om je eigen weg te bepalen. Op elk moment de keus te hebben om links of rechts te gaan. Heuvel af, heuvel op, genietend van het uitzicht vanaf de top.
Ik heb een aardig gevoel voor richting. Als we een brede sloot tegenkomen weet ik dat we eigenlijk linksaf moeten, maar als ik naar rechts kijk, zie ik in de verte een punt waar we naar de andere kant van het water kunnen. Ik besluit naar rechts te gaan, met de gedachte om daar over te steken en daarna alsnog naar links te gaan. Zo komen we er immers ook. Maar nadat ik aan de andere kant van het water even stil sta om om me heen te kijken, kom ik weer achteraan te lopen. En dan gebeurt het. Terwijl we in mijn hoofd naar links moesten, gaat hij alsmaar rechtdoor……. en dan naar rechts. We lopen nog steeds in stilte, dus er iets van zeggen, dat kan niet.
Vorig jaar was het de standaard grap van een collega en mij: “Vertrouwen is goed, controle is beter!”. De afgelopen maanden, in mijn opleiding, word ik continu geconfronteerd met het feit dat ik meer op mijn eigen helderheid moet vertrouwen. Controle loslaten en intuïtief werken en leven. Dat besluit ik nu ook maar te doen. Ik geef me over aan de leider van onze kudde…. en ik volg. Na verloop van tijd ben ik compleet kwijt welke richting we op moeten, maar vreemd genoeg maakt dat niet meer uit. Ik heb vertrouwen. Even later zien we ook nog een prachtige, zeldzame, bedreigde vogel. Zo zie je maar weer. Als je wandelt zoals je leeft, als je leeft in vertrouwen, soms leidend, soms volgend, altijd intuïtief, dan kom je de mooiste dingen tegen!